Home  Informatie  Agenda  Hofhouding  Foto  Verslagen  Teksten  Contact    
________________________________________________________________________

Verslag van een speurtocht naar de verdwenen grafzerk van Oobjen Coppit.
Vrijdag de 13e januari 2017 - nieuwjaarsborrel van Festina Lente
De Sociëteit aan het Luttik Oudorp in Alkmaar


Als een hedendaagse Sherlock Holmes heeft ze door de Grote Kerk van Alkmaar gedwaald.
 Zoekend.
Het hoofd naar beneden, de rug gekromd.
Ze moest en zou het graf vinden van Oobjen Coppit, die  overleden en begraven in Alkmaar.
De schilderijen van echtpaar Oobjen en Marten Soolmans, in 1634 geportretteerd door Rembrandt van Rijn, kregen wereldbekendheid toen ze vorig jaar
door Frankrijk en Nederland samen werden aangekocht uit het prive-bezit van de steenrijke Familie Rothschild.
De twee landen telden er gezamenlijk 160 miljoen voor neer.
Niet dat astronomische bedrag maar wel het feit dat Oobjen iets te maken had met Alkmaar
 fascineerde de Oudorpse Emmy Reijngoud, genealoge in hart en nieren.
 Ze wist, of op z'n minst vermoedde ze, dat het er moest zijn:
het graf van de 'Mona Lisa der Lage Landen'.
En juist díe vrouw zou in Alkmaar begraven liggen.
En dus stapte Emmy Reijngoud over afrasteringen heen,
betastte op blote knieën de in steen gehouwen en door de tijd gesleten inscripties en
weerstond boze mannen die haar de toegang tot de kerk ontzegden.
 
Met een vergrootglas in de hand, haar laptop (want eigentijds) op een grafzerk en pen en papier (omdat dat toch het makkelijkst is) onder handbereik speurde ze uren, dagen, maanden naar de grafsteen die ze uiteindelijk ook vond, maar die niet compleet bleek te zijn.
Waar oh waar bevond zich het andere deel?

Ze snuffelde in kerkenboeken, ze ontcijferde het schrift van die tijd,
 ze zocht de vloerstenen af, stuk voor stuk, met de precizie van een
detective die van geen opgeven weet.
Ze schuwde donker noch duisternis.
Ook als het licht dat door de ramen viel verflauwde.
De botten en knekeltjes onder de vloer hielden zich stil,
maar het hart van Emmy Reijngoud vond geen rust.
Het bleef bonzen.
Ze zou de feiten boven tafel halen!

Op het puntje van onze stoel en met een groeiende bezitterigheid luisterden we naar haar verhaal.
Met ieder beeld, iedere redenering en elk bewijsstuk werd Oobjen steeds meer 'van ons'.
Waarom maakt de gemeente Alkmaar daar geen goede sier mee?
Zijn wij daar in Alkmaar te nuchter, te bescheiden voor?
Een speurtocht zou op z'n minst een optie zijn.

Emmy Reijngoud bracht Oobjen Coppit voor ons tot leven.
Zo ook haar jong gestorven echtgenoot Marten Soolmans.
En haar hele voor- en nageslacht.
Met naam en toenaam, met alle mogelijke controleerbare feiten en met een doortastendheid waar je u tegen zegt.

Aan de hand van een powerpoint presentatie werd ons duidelijk gemaakt
van wanneer tot wanneer Oobjen in Alkmaar woonde.
En bij wie.
En ook waar we haar grafsteen kunnen vinden, mochten we zelf op zoek gaan.
Dat een kwart van de steen in de loop der jaren op een andere plek terecht is gekomen en
dat er 'dus' nog steeds een kwart van de steen ontbreekt maakt het alleen maar nog spannender. 
 
Natuurlijk heb ik de zoektocht van Emmy door de krochten van de Alkmaarse Grote Kerk
een beetje aangedikt.
De lezer wil sensatie.
Toch?
Feit is wel dat ze buitengewoon ingevoerd is in de plekken waar te zoeken als je iets vinden wil.
Genealogie is haar zeer na aan het hart gebakken.
Ze struint naar hartelust door stoffige stads- en kerkarchieven en weet er precies de weg.
Vooral familiegeschiedenissen en stambomen hebben haar interesse.
De taal van weleer en vooral het geschreven Oud-Nederlands heeft ze zich met heel veel
enthousiasme en ijver eigen gemaakt.

Het Noordhollands Dagblad kon dus ook niet om haar heen
toen de krant in december besloot aandacht te schenken aan de laatste rustplaats van Oopjen Coppit.

 
Om 'erbij' te kunnen zijn op deze vrijdag de dertiende moest je wel door de stad, door de nacht en tegen de wind in.
De aangekondigde sneeuwbuien en winterse kou bleven ons echter bespaard.
Aan de vrijwel wolkenvrije hemel wees een volle maan ons de weg naar het met lichtjes versierde Luttik Oudorp.
De lichtjes, weerkaatst in het water van de gracht, voorspelden een bijzondere avond.
En dat werd het ook.

Want onder de regenbroeken, de winddichte winterjassen, de gebreide sjaals en de mutsen
tranformeren de dames langzaam tot lady's met grandeur zoals we die bij Festina Lente gewoon zijn:
met zijdezacht (nep)bont, glimmende handschoenen tot over de ellebogen en een bril die flatteert maar waardoor je geen barst ziet.
 
Zoenen, omhelsingen, de beste wensen.
De inderhaast gevonden lokatie bleek een gezellige, gastvrije en warme voltreffer.
Met dank aan Donna Iesie.
En ook aan gastvrouwe Jokelien die speciaal voor onze komst de kaarsjes al had aangestoken.
 
De sfeer zat er vanaf minuut één al in. 

We drinken koffie en thee en we eten er iets lekkers bij.
Hoe heb jij de kerstdagen beleefd? Wat heb jij die dagen gedaan?
En dan komen de verhalen.
Over kinderen die onverwacht uit het buitenland op de stoep staan, over naakte mensen onder de douche,
over dinosaurussen die achter je aan zitten, over dominee Gremdaat die heil en zegen brengt, over de terugkeer uit een zonnig land na een even zonnige vakantie, over de weerzin tegen vuurwerk en over mensen die juist op die speciale dagen zo intens gemist worden.

We heffen feestelijk het (bubbeltjes)glas.
Op het nieuwe jaar.
Op de nieuwe uitdaging die we aangaan.
Op de hobbels die we zullen overwinnen en het plezier dat we met elkaar gaan beleven.
 
Een jaar waarin we luisteren naar elkaar, lachen met elkaar, feestvieren met elkaar
en erop vertrouwen dat we elkaar kunnen vertrouwen.
Het kan niet vaak genoeg gezegd.




Proost lady's!

De Queen overhandigt Emmy Reijngoud, naast heel veel woorden van dank,
 de felbegeerde Festina Lente klaproos en een boekje over vriendschap door
Toon Tellengen.
Ze leest ook één van de verhaaltjes voor.
Over de eekhoorn en de mier, die samen proberen uit te vinden wat geluk is.
Jokelien, de gastvrouwe van De Sociëteit waar we zo uitermate gastvrij werden ontvangen kreeg een roodgekleurd doosje Merci.

De glazen werden nog eens bijgeschonken, de gesprekken voortgezet
en aldus werd het toch nog later dan we dachten.

De kop is eraf!
Het startschot van het nieuwe jaar heeft welluidend geklonken.
Op naar de rest van het jaar.
Let 's do it!